Tadej Pogacar bleek deze woensdag ongenaakbaar op de Waalse Pijl. De wereldkampioen liet de concurrentie ver achter zich op de slothelling, finishte met tien seconden voorsprong op Kevin Vauquelin en had zelfs de tijd om de laatste honderd meter te genieten.

In een loodzware editie probeerde Evenepoel nochtans wel iets te forceren, onder meer door zijn ploegmaats aan het werk te zetten. In een video die zijn ploeg deelde, blikt de olympisch kampioen terug: “Het was een vrij zware en koude editie van de Waalse Pijl. We hebben beslist om met Peter op kop te gaan rijden en een stevig tempo aan te houden om de benen van de andere favorieten wat te breken. Ik denk dat iedereen zijn werk goed gedaan heeft, het hele team reed heel sterk.”

Ondanks dat harde werk was het uiteindelijk Pogacar die het verschil maakte op de slotklim. Evenepoel zat nog goed in zijn wiel toen de Sloveen versnelde, maar kon niets meer doen en moest hem laten rijden. De Belg verklaarde achteraf waar het volgens hem fout ging: “Ik had echt goede benen, voelde me top tot aan het lokale circuit. De enige fout die ik vandaag heb gemaakt, was dat ik mijn regenjas iets te vroeg heb uitgedaan. Bij de eerste passage op de Muur van Hoei had ik het wat warm, dus deed ik mijn jas uit. Daarna kreeg ik het koud, en dat heb ik cash betaald in de finale. Ik voelde aan mijn benen dat ik het koud had, mijn spieren waren niet meer op honderd procent. Maar ik had een goed gevoel, was super gemotiveerd, alles ging prima in de regen — tot ik die jas uitdeed.”

Toch toonde de renner uit Schepdaal zich na afloop strijdvaardig en optimistisch met het oog op zondag, wanneer Luik-Bastenaken-Luik op het programma staat: “Super tevreden over mijn ploeg, en over mezelf ook. Behalve die laatste anderhalve minuut van de koers, die was net iets te zwaar voor mij. Ik voelde dat ik niet meer de explosiviteit had om te winnen. Maar over het algemeen ben ik tevreden en ik denk dat dit goede signalen zijn voor zondag.”