Wanneer Ilay Camara zich bij ons voegt, is het moeilijk om interesse te tonen in de teleurstellende afsluiting van het reguliere seizoen. De aandacht gaat vooral naar zijn keuze om in te gaan op de oproep van Pape Thiaw, de Senegalese bondscoach. «Hij kwam kijken naar de wedstrijd tegen Genk. We hebben lang gepraat, en ik weet precies wat hij van me verwacht. Ik kijk ernaar uit om aan dit nieuwe avontuur te beginnen.»
Aanstaande maandag vertrekt de linksback van de Rouches zonder spijt naar zijn geboorteland. «Ik kon het niet zeggen, maar het was al een tijdje duidelijk in mijn hoofd. Ik hou van België, maar het heeft me niet genoeg gerespecteerd.» Normaal gesproken altijd glimlachend, wil de speler een duidelijke boodschap overbrengen. «Ik heb het gevoel dat de Belgen me niet serieus hebben genomen. Ik speelde sterke wedstrijden, maar werd nooit eens voorselecteerd. Heb ik me vragen gesteld? Natuurlijk, want ik begreep niet waarom er geen interesse was. Als die interesse er eerder was geweest, had de beslissing misschien anders kunnen uitvallen...»
«Ik heb niet het gevoel dat België je echt naar een hoger niveau wil tillen. En dat is nu net wat ik verwacht...»
De Rode Duivels laten dus opnieuw een groot talent lopen door een gebrek aan waardering. Net zoals eerder bij Chemsdine Talbi of Konstantinos Karetsas. «Ik wil hier niet te diep op ingaan, maar ik heb gewoon het gevoel dat ze je hier niet echt omhoog willen stuwen. En dat is precies wat ik nodig heb.»
Dat is ook wat Senegal wil. Ilay Camara zal dus afreizen naar zijn geboorteland om de Leeuwen van Teranga te helpen in de WK-kwalificaties. Tegen Soedan op 22 maart en vervolgens tegen Togo op de 25ste. «Ik zal speeltijd krijgen en tegelijkertijd kennismaken met een kleedkamer vol sterren. Édouard Mendy, Kalidou Koulibaly en Sadio Mané, om er maar een paar te noemen. Men heeft me verteld dat Mané een echte trainingsbeest is, en ik kijk ernaar uit om dat zelf te ontdekken. Ik zal niet onder de indruk zijn wanneer ik hem ontmoet, alleen maar blij om van hem te leren.»
Een geluk dat in schril contrast staat met de bittere nasmaak die België heeft achtergelaten. «Ik heb het nochtans in mijn bloed via mijn moeder. Ik heb gewoon naar mijn hart geluisterd. Mijn vader is de belangrijkste persoon in mijn voetbalcarrière, en ik wilde hem trots maken. We keken samen naar de Afrika Cup en het WK, en nu komt een droom uit. Ik zal er alles aan doen om die droom te laten voortduren.»
Heel anders dan de korte episode bij de Belgische beloften. Een eenmalige ervaring onder Gil Swerts. «Ik ging erheen als vervanger van iemand anders, niet als eerste keuze. Ik kreeg geen speelminuten om mezelf te bewijzen, terwijl ik mijn werk had gedaan tijdens de trainingen. Opnieuw bleef ik met vragen zitten...»