Patrick Lefevere: “Ik ben ervan overtuigd dat Evenepoel ooit Roubaix, de Ronde en Sanremo zal rijden”

Enkele dagen voor zijn comeback voorspelt zijn voormalige ploegbaas dat Remco Evenepoel op termijn alle Monumenten zal betwisten.

circus
Foto
BELGA

De terugkeer van Remco Evenepoel komt eraan! Na zijn zware ongeval tijdens een training met een Bpost-bestelwagen deze winter, waarbij hij meerdere breuken opliep, maakt de Belgische olympische kampioen zijn rentree op de Brabantse Pijl. Een langverwachte terugkeer, want Evenepoel zal snel opnieuw op niveau moeten presteren als hij wil concurreren met Tadej Pogacar in Luik-Bastenaken-Luik, zijn eerste grote doel van het seizoen, over minder dan twee weken.

Gezien het indrukwekkende niveau van de Sloveen sinds de seizoensstart wordt dat allesbehalve gemakkelijk. In de drie eerste Monumenten van 2025 kregen we telkens een prachtig duel tussen Pogacar en Mathieu van der Poel: tweemaal winst voor de Nederlander, in Milaan-Sanremo en Parijs-Roubaix, en één keer winst voor Pogacar, op de Ronde van Vlaanderen.

“Er is ruimte in zijn programma”

De vraag rijst: zou Evenepoel zich binnenkort in deze strijd tussen de twee giganten kunnen mengen, terwijl hij nog nooit een van die drie Monumenten gereden heeft? Volgens Patrick Lefevere, voormalig teammanager van Quick-Step, is het antwoord duidelijk: ja. “Parijs-Roubaix is in principe niet zijn ding, maar hij zal het ooit rijden, daar ben ik zeker van. Net als Sanremo en de Ronde van Vlaanderen,” verklaarde Lefevere in de kolommen van Sudinfo.

“Remco wilde alle drie de grote rondes rijden. De Tour was eigenlijk pas gepland voor 2025, vergeet dat niet. Maar hij is een jaar voor op schema. Hij heeft de Tour al gereden, eindigde derde, won de Vuelta en stapte uit de Giro met de roze trui en covid. Er is dus ruimte in zijn agenda voor de klassiekers, en ik ben er zeker van dat hij zich al zal tonen in de Ardennenklassiekers. Ik hoop uit de grond van mijn hart dat hij in 2026 een volledig seizoen kan rijden zonder tegenslag, want dat is hem tot nu toe nog nooit gelukt.”