Thorsten Fink was na de nieuwe nederlaag tegen Antwerp (0-1) zondag zwaar aangeslagen, en terecht. Genk had de reguliere competitie van de Pro League gedomineerd, eindigend als leider met negen punten voorsprong op Club Brugge en dertien op Union. Maar amper een maand en een halvering van de punten later, kijkt Genk tegen een achterstand van twee punten op Club Brugge en drie op Union aan. Erger nog: de Limburgers behaalden amper één punt uit de laatste vier wedstrijden (1 op 12) en lieten dit weekend opnieuw een gouden kans liggen om dichterbij te komen, terwijl hun concurrenten elkaar in evenwicht hielden.
“Dit team kan momenteel de druk van het spelen voor de titel niet aan,” gaf Thorsten Fink eerlijk toe na de nederlaag. “We speelden zonder rust. We missen lichtheid, de capaciteit om zonder angst te spelen,” vervolgde de Duitse trainer, die sprak van “mentale krampen” en zijn spelers vergeleek met “mensen die met een rugzak vol stenen spelen.”
“Het is mijn fout, ik ben er niet in geslaagd hen zo vrij te laten spelen als voorheen. Misschien is er gewoon tijd nodig. Misschien lukt het volgend jaar,” nam Fink de verantwoordelijkheid op zich. Mathematisch is er nog niets beslist: Genk heeft slechts drie punten achterstand op de leiders en ontmoet nog zowel Club Brugge als Union. Maar gezien de huidige vormcurve lijkt een mirakel nodig om alsnog die titel binnen te halen die zo lang binnen handbereik leek.